Stelt de ontleedt mode in op \*(Aqvolledig\*(Aq\&. De standaard waarde ontleedt niet het gehele bestand maar gebruikt de \*(Aqmeta zoek\*(Aq elemen(en) voor het lokaliseren van de vereiste elementen van een bronbestand\&. In 99% van alle gevallen is dit genoeg\&. Maar voor bestanden die het \*(Aqmeta zoek\*(Aq element niet bevatten of voor bestanden die zijn beschadigd kan deze gebruiker mode erg handig zijn\&. Een volledige scan kan een aantal minuten in beslag nemen terwijl een \*(Aqsnelle\*(Aq scan slechts enkele seconden duren\&.
Plaatst het karakter set om de reeksen om te zetten die vanaf de commandoregel worden opgegeven\&. Standaard wordt gebruikt de karakter set die afhankelijk is van wat er in uw besturingssysteem staat aangegeven (lokatie)\&.
Stelt de karakter set in waarnaar de reeksen dienen te worden geconverteerd naar de uitvoer\&. Standaard wordt gebruikt de karakter set die afhankelijk is van wat er in uw besturingssysteem staat aangegeven (lokatie)\&.
i\&.p\&.v naar het \*(Aqapparaat/houder\*(Aq\&. Terwijl dit gemakkelijk met uitvoer omleiden kan worden gedaan, er zijn gevallen waarin deze optie nodig is: wanneer de verwerker e\&.e\&.a her\-interpreteert, voordat het geschreven wordt naar het uitvoer bestand\&. De karakter set met
Nadien sluit het programma af met een afsluitwaarde van 0 als er geen nieuwere versie beschikbaar is, met een 1 als er een nieuwere beschikbaar is en 2 indien er een fout ontstond (b\&.v\&. als de opwaardeer info niet verkregen kon worden)\&.
Leest extra commandoregel argumenten in van een bestand
\fIoptions\-file\fR\&. Regels met een spatie (lege ruimte) als eerste karakter, zijn gemarkeerd als een hash (waarde) (\*(Aq#\*(Aq) worden behandeld als commentaar en genegeerd\&. Een spatie aan het begin en einde van een regel worden verwijderd\&. Elke regel mag excact \('e\('en waarde bevatten
Verschillende karakters kunnen worden overgeslagen, b\&.v\&. als het nodig is een niet commentaar regel te starten met \*(Aq#\*(Aq\&. Deze regels worden beschreven in
De commandoregel \*(Aq\fBmkvextract tracks source\&.mkv \-\-raw 1:destination\&.raw\fR\*(Aq kunnen worden geconverteerd naar \('e\('en van de volgende optie bestanden:
De volgende commandoregel opties zijn beschikbaar voor elk spoor in \*(Aqtracks\*(Aq uitpak mode\&. Zij zullen vooraan moeten worden geplaatst in de spoor specificatie (zie hieronder) Zij zouden toegepast moeten zijn op\&.
Stelt de karakter set in waarna het volgende ondertitel tekst spoor geconverteerd wordt\&. Is alleen geldig, wanneer een volgende ondertitel spoor verwijst naar een tekst ondertitel spoor\&. Standaard naar UTF\-8\&.
Houd alleen de BlockAdditions tot aan dit niveau\&. Standaard is alle niveaus te houden\&. Deze optie heeft alleen effect op bepaalde codecs zoals WAVPACK4\&.
lijst/document/reeks van de hoofdstuk data en markeer data voor de volgende sporen naar een bestand waarvan de naam van het uitvoer spoor heeft waarna \*(Aq\&.cue\*(Aq eraan toegevoegd wordt\&.
element zal eerst naar het bestand worden geschreven als het spoor zo\*(Aqn hoofd element bevat\&. Deze mode werkt met alle
CodecIDs, zelfs diegene die
\fBmkvextract\fR(1)
niet eens ondersteunt, maar het resulterende bestand kan onbruikbaar zijn\&.
.RE
.PP
\fITID:outname\fR
.RS4
Extraheert het spoor met het ID
\fITID\fR
naar het bestand
\fIoutname\fR
als een dergelijk spoor bestaat in het bronbestand\&. Deze optie kan meerdere keren geven worden\&. De spo(o)r(en) ID\*(Aqs zijn hetzelfde als diegene die met
Eke uitvoernaam zou slechts \('e\('enmaal mogen worden gebruikt\&. De uitzonderingen zijn RealAudio en RealVideo sporen\&. Als je dezelfde naam gebruikt voor verschillende sporen dan zullen die sporen in hetzelfde bestand bewaard worden\&. Voorbeeld:
bronbestand bevindt\&. Deze optie kan meerdere malen worden gegeven\&. De ID\*(Aqs van de bijlagen zijn het zelfde als diegene die worden gecre\(:eerd met
Exporteert de hoofdstuk informatie in een simpel tekst formaat gebruikt in de
OGM
hulpmiddelen (CHAPTER01=\&.\&.\&., CHAPTER01NAME=\&.\&.\&.)\&. In deze mode wordt sommige informatie overgeslagen\&. Standaard is de hoofdstuk uitvoer naar
als een dergelijk spoor bestaat in het bronbestand\&. Deze optie kan meerdere keren geven worden\&. De spo(o)r(en) ID\*(Aqs zijn hetzelfde als diegene die met
de ge\(:extraheerde data wegschrijft naar het apparaat/houder\&. In algemene zin, zijn er twee manieren om deze data naar een bestand te schrijven: \('e\('en verzorgd door een \*(Aqschil\*(Aq en \('e\('en verzorgd door
De beslissing over het uitvoer formaat is gebasseerd op het spoor type, niet op de gebruikte extensie van de uitvoer bestandsnaam\&. De volgende spoor typen worden momenteel onderstend:
.PP
V_MPEG4/ISO/AVC
.RS4
H\&.264
/
AVC
video sporen worden geschreven naar
H\&.264
elementaire stromen welke verder verwerkt kunnen worden b\&.v\&.
minstends \('e\('en waarschuwing uitgegeven, maar extractie is doorgegaan\&. Een waarschuwing wordt vooraf bepaald met de tekst \*(AqWarning:\*(Aq\&. Afhankelijk van de \*(Aqtegengekomen\*(Aq kwesties kan het resltaat goed of slecht zijn\&. De gebruiker wordt geadviseerd om zowel de waarschuwing als de resulterende bestanden te controleren\&.
.RE
.sp
.RS4
.ien\{\
\h'-04'\(bu\h'+03'\c
.\}
.el\{\
.sp-1
.IP\(bu2.3
.\}
\fB2\fR
\-\- Deze verlaat code wordt gebruikt nadat een fout is ontstaan\&.
breekt direct af na het uitgeven van de waarschuwing\&. Fout berichten, bereik van verkeerde commandoregel argumenten tot aan lees/schrijf fouten naar gebroken bestanden\&.
Er zijn een paar plaatsen waar speciale karakters zouden of moeten worden overgeslagen\&. De regels voor het overslaan zijn simpel: elk karakter dat overgeslagen dient te worden wordt vervangen door een backslash "\e" gevolgd door een ander karakter\&.
\fIMKVTOOLNIX_OPTIONS\fR and its short form \fIMTX_OPTIONS\fR
.RS4
The content is split on white space\&. The resulting partial strings are treated as if it had been passed as command line options\&. If you need to pass special characters (e\&.g\&. spaces) then you have to escape them (see
the section about escaping special characters in text)\&.